wijn

substantiefprs = in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.

Ik bestel nog een glas wijn, en nog één.

Soms staat er dan een fles wijn klaar.

Iedereen mag genieten van één of meer glazen wijn of bier.

Er was champagne, witte en rode wijn.

Van witte wijn hebben we 2.000 flessen, van rode 1.500.

Wie dat niet in huis heeft, kan witte wijn gebruiken.

We hebben ook besloten wat minder wijn te drinken.

Bij hem thuis was een dure fles wijn kapot gevallen.

We hebben champagne gedronken en vier glazen wijn.

Hij houdt (te veel) van witte wijn.

Een goede wijn is een wijn die u graag drinkt.

En er werd gedronken, veel wijn en vooral veel bier.

Er wordt wereldwijd meer wijn geproduceerd dan gedronken.

Nu kan het blijkbaar niet meer zonder cava of witte wijn.

En dat hoeft niet eens wijn van vergeten druiven te zijn.

Geen gesprekken, geen glaasje wijn samen, dat lege bed.

Er ging ook een flinke scheut witte wijn in de pan.

Hij had in de file gestaan, hij bestelt rode wijn.

Al deze druiven brengen, een wijn voort met verschillend karakter.

Dan proef je vier wijnen, maar je drinkt maar twee glazen.

Ze vragen om bier, om wijn, en krijgen het ook.

Dat is ongeveer de enige keer dat ik wijn drink.

Dan trek ik een flesje wijn open met mijn partner.

Bij het hoofdgerecht gaat Max rond met de rode wijn.

Aan tafel was ik de enige die wijn dronk.

Betekenissen

subject bij

Welke werkwoorden hebben wijn als subject?

bevatten

komen

kosten

liggen

smaken

staan

vloeien

object bij

Welke werkwoorden hebben wijn als object?

aanbieden

aanlengen

aanraden

bestellen

bevatten

bewaren

bottelen

brengen

drinken

exporteren

(19 meer)

determinator

substantief

aantal

doos

fles

glas

hoeveelheid

liter

paar

scheut

slok

type

pronomen of numerale

alle

de meeste

drie

een

elke

enkele

geen

meer

minder

sommige

(2 meer)

bepaling voor "wijn"

adjectief, participium of numerale

Californisch

Duits

Frans

Italiaans

Spaans

Zuidafrikaans

alcoholvrij

bijpassend

bijzonder

biologisch

(17 meer)

bepaling na "wijn"

prepositiegroep of conjunctiegroep

met:

karakter

smaak

uit:

Italië

gebied

land

streek

van:

bodem

druif

huis

jaar

kwaliteit

oogst

producent

"wijn" in adpositiegroep of conjunctiegroep

prepositie of conjunctie

met

na

"wijn" in adpositiegroep of conjunctiegroep bij een ander woord

aan de wijn (gaan)

aan de wijn zitten

de kwaliteit van de wijn

een passie voor wijn

water bij de wijn doen

water in de wijn doen

en/of

Welk ander zelfstandig woord wordt vaak gecoördineerd met wijn?

champagne

koffie

sterkedrank; sterke drank

Er zijn (nog) geen patronen opgetekend.

Voor meer informatie over dit woord: klik op Voorbeeldzinnen of Combinatiemogelijkheden.