vrouw

substantiefprs = in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.

In de jaren 80 en 90 kregen we de krachtige vrouwen in de popmuziek.

Hij kent zijn vrouw Truusje van de middelbare school.

Het aantal vrouwen met clusterhoofdpijn neemt de laatste jaren toe.

Ik kan niet wachten om mijn vrouw en dochter te zien.

De vrouw des huizes verwittigde de brandweer rond 20 uur.

Veel vrouwen skiën technisch beter dan hun man.

Op die bijeenkomst was ze de enige vrouw tussen dertig mannen.

In 2006 scheidde Hawking van zijn tweede vrouw.

Mijn moeder was een heel sterke vrouw die ik nooit hoorde klagen.

Ik heb een geweldige vrouw, twee fantastische kinderen.

Het verhaal wordt gedragen door de drie vrouwen, die stuk voor stuk een goede acteerprestatie leveren.

Johan heeft twee zoons uit zijn eerste huwelijk, met zijn inmiddels overleden vrouw.

Onze bedrijven tellen zeer weinig vrouwen aan de top.

De Belgische vrouwen spelen vanavond hun derde en laatste groepswedstrijd.

En wat vindt zijn vrouw Lies er allemaal van?

De emancipatie van vrouwen leidt geleidelijk aan ook tot veranderingen in de taakverdeling binnenshuis.

Enkele meters verderop staat een groepje vrouwen te genieten van de zon.

Een man is niets zonder een vrouw, zong James Brown.

Het is goed om de focus te leggen op enkele belangrijke vrouwen uit de recente geschiedenis.

De vrouw overleed in het ziekenhuis aan haar verwondingen.

Hij komt samen met zijn vrouw regelmatig een week langs.

Een Belgische vrouw zonder kinderen werkt in een kwart van de gevallen parttime.

Voor de oorlog was mijn vader getrouwd met een andere vrouw.

De positie van de vrouw is aan het verschuiven.

Het wordt tijd dat we een vrouw als president krijgen, zegt mijn oma.

Betekenissen

object bij

Welke werkwoorden hebben vrouw als object?

aanhouden

aanranden

aanspreken

aantreffen

arresteren

behandelen

benoemen

beschermen

bevrijden

brengen

(30 meer)

determinator

substantief

aandeel

aantal

generatie

groep

handvol

paar

percentage

reeks

rij

pronomen of numerale

alle

beide

de ene

de meeste

elke

enkele

iedere

meer

meerdere

minder

(3 meer)

bepaling voor "vrouw"

adjectief, participium of numerale

alleenstaand

allochtoon

ander

bejaard

blank

blond

echt

eerste

eigen

gesluierd

(21 meer)

bepaling na "vrouw"

prepositiegroep of conjunctiegroep

aan:

hoofd

macht

top

achter:

stuur

als:

president

in:

familie

geschiedenis

kwestie

leeftijd

leven

politiek

met:

borstkanker

hoofddoek

kind

kinderwens

oog

op:

foto

leeftijd

uit:

buurt

dorp

geschiedenis

groep

land

van:

afkomst

generatie

leeftijd

leven

wereld

zonder:

gezicht

kind

man

"vrouw" in adpositiegroep of conjunctiegroep bij een ander woord

de emancipatie van (de) vrouw(en)

de helft van de vrouwen

de positie van (de) vrouw(en)

de rol van (de) vrouw(en)

discriminatie van vrouwen

geweld op vrouwen

geweld tegen vrouwen

het aandeel van vrouwen

rechten van vrouwen

samen met een vrouw

(1 meer)

en/of

Welk ander zelfstandig woord wordt vaak gecoördineerd met vrouw?

allochtoon

baby

dochter

homo

kind

kind

man

minderheid

moeder

zoon

in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.

de vrouw des huizes

een vrouw alleen

moeder de vrouw

op de vrouw (af)

vrouwen bloot, handel dood

Er zijn (nog) geen patronen opgetekend.

Voor meer informatie over dit woord: klik op Voorbeeldzinnen of Combinatiemogelijkheden.