vrees

substantiefprs = in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.

De vrees bestaat dat zij aanslagen zullen plegen.

De vrees voor escalatie groeit.

De opperman nam de vrees al snel weg.

Het feest was uit vrees voor rellen verboden.

Het bleek een onterechte vrees.

Ook de vrees voor een schadeclaim speelt mee.

Eerder speelt vrees voor te veel risico's een rol.

Ik ben al vaak bedreigd en ken die vrees heel goed.

Dat voedt de vrees dat de Amerikaanse economie te zwak blijft.

De start van carnaval is uitgesteld uit vrees voor nieuwe protesten.

Trump dreigt die deal op te blazen, tot vrees van Merkel.

Intussen neemt de vrees toe dat het protest uit de hand loopt.

Die vrees kwam niet uit.

Minder vrees is er voor een fors oplopende staatsrente.

Het is de vrees dat hun geliefde hen verraden heeft.

Hoop wordt geboren uit vrees voor de toekomst.

Zelden in de geschiedenis koesterden wij zoveel vrees voor de dood.

Zijn grootste vrees is dat zijn duiven gestolen worden.

Dat is de vrees die ik een beetje heb.

De handelsoorlog boezemt steeds meer bedrijven vrees in.

Toch bestaat de vrees daarvoor.

De rechtbank deelt die vrees voor herhaling.

Die vrees werd dus niet bevestigd.

Vroeger kenden we elkaar en hadden we geen vrees.

Een andere vrees is dat wie betaalt, bepaalt.

Betekenissen

subject bij

Welke werkwoorden hebben vrees als subject?

bestaan

blijven

de kop opsteken

een rol spelen

groeien

heersen

klinken

komen

leven

luiden

(7 meer)

object bij

Welke werkwoorden hebben vrees als object?

aanjagen

aanwakkeren

begrijpen

bevestigen

bewaarheiden

delen

gronden

inboezemen

kennen

koesteren

(7 meer)

determinator

pronomen of numerale

enige

geen

minder

bepaling voor "vrees"

adjectief, participium of numerale

ander

erg

ernstig

gegrond

groot

onterecht

terecht

bepaling na "vrees"

adverbium

daarvoor

prepositiegroep of conjunctiegroep

voor:

aanslag

besmetting

crisis

escalatie

gevolg

geweld

herhaling

inflatie

onrust

recessie

(6 meer)
van:

autoriteit

ouder

vakbond

bij:

belegger

vakbond

"vrees" in adpositiegroep of conjunctiegroep

prepositie of conjunctie

met

tot

uit

wegens

zonder

"vrees" in adpositiegroep of conjunctiegroep bij een ander woord

voortkomen uit vrees

in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.

tussen hoop en vrees [leven, zweven, ...]

Er zijn (nog) geen patronen opgetekend.

Voor meer informatie over dit woord: klik op Voorbeeldzinnen of Combinatiemogelijkheden.