voorbijganger

substantiefprs = in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.

Enkele voorbijgangers blijven luisteren.

Een voorbijganger merkte een kind op en bracht het naar de politie.

Voorbijgangers kijken even vreemd op.

Hij klampt voorbijgangers aan en vraagt hen mee te komen betogen.

Ook zouden de aanvallers schieten op willekeurige voorbijgangers in de straat naast het parlement.

Ze hangt net iets te hoog voor een argeloze voorbijganger.

Voorbijgangers zagen de brand en verwittigden de brandweer.

De eerste klanten zijn geen toevallige voorbijgangers, maar vrouwen met een missie.

De woning werd met grote schermen onttrokken aan de blikken van voorbijgangers.

Op straat werden alle voorbijgangers gecontroleerd, maar ook verschillende appartements­gebouwen werden doorzocht.

Enkele voorbijgangers verwittigden de politie.

Op straat worden voorbijgangers aangesproken, met de vraag of zij petities willen tekenen.

Op straat kan immers elke voorbijganger meelezen.

De brandweer was het huis binnengedrongen omdat voorbijgangers rook hadden opgemerkt.

Goochelaar Victor Mids wandelt over straat en doet trucs met voorbijgangers.

Slechts een viertal voorbijgangers herkenden Gatto op straat.

Willekeurige voorbijgangers mogen oordelen.

Maar de meeste voorbijgangers laten ons begaan.

Voorbijgangers kijken verbaasd, of maken grapjes.

Een groot hekwerk moet ze afschermen van al te nieuwsgierige voorbijgangers.

Maar een voorbijganger stapt op de groep af, en begint te schelden.

Vier voorbijgangers konden op het nippertje wegspringen.

Zodoende scan ik elke voorbijganger zorgvuldig.

Gelukkig stopte er nog een voorbijganger.

Alweer spreekt hij voorbijgangers aan over de problemen in de wijk.

Betekenissen

subject bij

Welke werkwoorden hebben voorbijganger als subject?

denken

filmen

kijken

krijgen

melden

opkijken

opmerken

raken

reageren

stoppen

(5 meer)

object bij

Welke werkwoorden hebben voorbijganger als object?

aanklampen

aanspreken

aanvallen

bedreigen

begroeten

controleren

doden

lastigvallen

neersteken

raken

(1 meer)

determinator

substantief

paar

pronomen of numerale

alle

de meeste

elke

enkele

iedere

veel

bepaling voor "voorbijganger"

adjectief, participium of numerale

alert

ander

argeloos

nietsvermoedend

onschuldig

toevallig

willekeurig

bepaling na "voorbijganger"

prepositiegroep of conjunctiegroep

in:

straat

"voorbijganger" in adpositiegroep of conjunctiegroep bij een ander woord

aandacht van voorbijgangers

blikken van voorbijgangers

reacties van voorbijgangers

Er zijn (nog) geen patronen opgetekend.

Voor meer informatie over dit woord: klik op Voorbeeldzinnen of Combinatiemogelijkheden.