stimuleren

werkwoordprs = in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.
(vaak in het passief)

We hopen in de toekomst meer talenten te stimuleren.

De overheid heeft vrouwen altijd gestimuleerd om te studeren.

Werkgevers moeten meer gestimuleerd worden om arbeidsgehandicapten in dienst te nemen.

Studenten worden goed gestimuleerd tot kritisch en onafhankelijk denken.

Om de creativiteit van de kinderen te stimuleren, werken we gezamenlijk een muzisch project uit.

Hoe wordt u gestimuleerd tot activiteit?

Het doel van de lage rente is de Europese economie stimuleren.

Onze ouders stimuleerden ons om onze harten te volgen.

Cliënten worden gestimuleerd om daarin zelfstandig keuzes te maken.

De werkgelegenheid zou worden gestimuleerd door arbeid goedkoper te maken.

De overheid heeft ook de rol de mensen te stimuleren.

Je kunt ook stimuleren in plaats van te straffen.

Verandering in gedrag bereik je door wenselijk gedrag te stimuleren.

Daarin ben ik voortdurend gestimuleerd door de mensen om mij heen.

Het natuurlijke gedrag van de dieren proberen we te stimuleren.

Alles om de economie te stimuleren.

De Nederlandse overheid stimuleert de breedtesport, daar liggen onze kansen.

Individuele leerlingen moeten worden gestimuleerd hun opleiding af te maken.

Vrouwen worden gestimuleerd om te studeren en carrière te maken.

In vrijwel elk vakgebied worden prijzen uitgereikt om talent te stimuleren.

We kunnen ze alleen maar stevig stimuleren om maatschappelijk vooruitstrevend te denken.

De bedoeling is om de kredietverlening en de economische groei te stimuleren.

In het algemeen zijn er goede redenen om het eigenwoningbezit te stimuleren.

Noodzakelijke middelen om de economie te stimuleren heeft de regering reeds ingezet.

Doel is om alle inwoners te stimuleren hun buurt mee proper te houden.

subject

Wie of wat (...)?

substantief

gemeente

hormoon

middel

ministerie

ouder

overheid

partij

regering

rente

rijk

(1 meer)

object

Wie of wat (...) men of wordt (...)?

substantief

bedrijf

concurrentie

consumptie

creativiteit

debat

economie

export

fietsen

gebruik

gedrag

(17 meer)

pronomen

dat

dit

elkaar

haar

hem

hen

het

je

me

mij

(2 meer)

bepaling

Waar, wanneer, hoe, enz. (...) men?

adverbium

actief

echt

enorm

erg

financieel

fors

goed

krachtig

positief

sterk

(6 meer)

voorzetselobject

Met vaste prepositie (vast voorzetsel)

tot:

activiteit

deelname

doen

gedrag

investering

leveren

samenwerking

verbum auxiliare of groepsvormend verbum

Welk hulpwerkwoord of groepsvormend werkwoord wordt vaak gebruikt bij stimuleren?

blijven

gaan

kunnen

moeten

proberen

willen

zullen

en/of

Welk ander zelfstandig woord wordt vaak gecoördineerd met stimuleren?

begeleiden

coördineren

faciliteren

helpen

inspireren

motiveren

ondersteunen

uitdagen

bijzin ingeleid door

(om) te

dat

Er zijn (nog) geen patronen opgetekend.

Voor meer informatie over dit woord: klik op Voorbeeldzinnen of Combinatiemogelijkheden.