programmeren

werkwoordprs = in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.
(vaak in het passief)

Een groep van veertig kinderen komt iedere maand samen om gratis te leren programmeren.

Hij had nog nooit geprogrammeerd toen hij hier aankwam in 2015.

De leerlingen bouwen en programmeren robots en leren zo complexe problemen op te lossen.

De robot is geprogrammeerd om de acties te variëren en zo zijn beloning te optimaliseren.

Zijn eerste vlucht staat nu voor deze zomer geprogrammeerd.

We durven zorg blijkbaar niet meer stedelijk te programmeren.

Er is geen geld om inhoud te programmeren.

Hij heeft de speech die hier geprogrammeerd staat al tientallen keren gegeven.

In elke zaal zullen vier à vijf voorstellingen per dag geprogrammeerd worden.

Het klapstuk van de muzikale onderneming stond geprogrammeerd voor afgelopen woensdagavond.

Kinderen en jongeren van 7 tot 18 jaar leren er spelenderwijs programmeren.

De leerlingen programmeren een robot en proberen zo een probleem op te lossen.

De openingsfilm van het Rotterdams Filmfestival is altijd lastig te programmeren.

Wie denkt dat programmeren voor jonge kinderen te ingewikkeld is, vergist zich.

Een andere manier om de snelheid te vergroten is door chips flexibel te programmeren.

Elk knopje op de controller valt apart te programmeren.

De twee basisscholen bieden extra Nederlandse les aan en de kinderen leren er programmeren.

Op bijna vijfhonderd basisscholen leerden scholieren programmeren.

Bepaalde artiesten trekken te weinig publiek omdat ze in te veel zalen geprogrammeerd worden.

Ik had wat informatica gehad, leren programmeren, en precies toen kwam het internet op.

Volgens studenten werden vakken die men nodig had voor de stage te laat in de opleiding geprogrammeerd.

Om het opnieuw een succes te maken, zullen we zeker proberen om recente films te programmeren.

De computers die wij nu als slaven gebruiken, zijn geprogrammeerd om ons te " willen " gehoorzamen.

Beide dagen staat het om 21.30 uur geprogrammeerd, meer dan een uur vroeger dan in het najaar.

Niet dat iedereen moet leren programmeren, maar iedereen zou wel de basisprincipes moeten kennen van hoe computers problemen kunnen oplossen.

subject

Wie of wat programmeert?

substantief

festival

stadsschouwburg

student

theater

zender

object

Wie of wat programmeert men of wordt geprogrammeerd?

substantief

artiest

band

computer

concert

film

groep

mens

muziek

robot

software

(2 meer)

bepaling

Waar, wanneer, hoe, enz. programmeert men?

adverbium

breed

genetisch

goed

lineair

neurolinguïstisch

opnieuw

slim

snel

en/of

Welk ander zelfstandig woord wordt vaak gecoördineerd met programmeren?

coderen

Er zijn (nog) geen patronen opgetekend.

Voor meer informatie over dit woord: klik op Voorbeeldzinnen of Combinatiemogelijkheden.