onderzoeken

werkwoord
(vaak in het passief)

Nooit is goed onderzocht of het middel effectief is.

We hebben onderzocht hoe de Nederlandse gemeenten omgaan met armoede.

Wat de logica daarvan is, zullen we nog nader onderzoeken.

Met een Franse collega onderzoekt hij hoe uitzonderlijk dit is.

De precieze oorzaak van het drama wordt nog verder onderzocht.

Het stadsbestuur onderzoekt de mogelijkheden om de ontwerpen uit te voeren.

Het openbaar ministerie onderzoekt nog of de moskee vervolgd moet worden.

Justitie onderzoekt hoe de verwarring rondom de kogels heeft kunnen ontstaan.

De politie onderzoekt of het om een ongeval gaat of zelfmoord.

Algen worden onderzocht als bron van voedingsingrediënten, chemicaliën en biobrandstoffen.

Het vliegtuig werd ontruimd en onderzocht op explosieven.

Momenteel onderzoekt de stad of voor alle aanpassingen een bouwvergunning nodig is.

De politie onderzoekt nog of er camerabeelden zijn van het incident.

Die mogelijkheid is onderzocht, maar dat onderzoek leverde negatieve resultaten op.

Een gespecialiseerd bedrijf onderzoekt of er asbest in de grond zit.

We onderzoeken nu hoe we van dat boekje een game kunnen maken.

Ook zal worden onderzocht hoe snel een evacuatie verloopt.

De commissie heeft niet alles onderzocht.

Eerst onderzoekt de bevoegde ambtenaar of uw aanvraag ontvankelijk en volledig is.

Hij laat eerst onderzoeken of de club financieel nog wel levensvatbaar is.

Ook de kansrijke waterstoftechnologie dient nader te worden onderzocht.

Er wordt onderzocht of de voorgestelde bedragen niet overdreven hoog of laag zijn.

Onderzocht wordt nu wie welk aandeel had in het geweldsdelict.

De bewindsman wil onderzoeken of hij daarbij een 'bonus-malusregeling' kan hanteren.

De oppositie eiste dat hij ging onderzoeken of er meer toezeggingen gedaan zijn.

subject

Wie of wat (...)?

substantief

aanklager

arts

autoriteit

bestuur

bioloog

commissie

expert

gemeente

gerecht

inspectie

(10 meer)

object

Wie of wat (...) men of wordt (...)?

substantief

alternatief

dossier

effect

gevolg

haalbaarheid

incident

kind

klacht

kwestie

mens

(9 meer)

pronomen

alles

dat

deze

die

dit

haar

hem

het

iets

veel

(3 meer)

bepaling

Waar, wanneer, hoe, enz. (...) men?

adverbium

diepgaand

empirisch

ernstig

goed

grondig

intensief

intern

kritisch

nauwkeurig

onvoldoende

(7 meer)

prepositiegroep

bij:

...

voorzetselobject

Met vaste prepositie (vast voorzetsel)

op:

aanwezigheid

afwijking

explosief

sporen

ziekte

predicatieve aanvulling

prepositiegroep of conjunctiegroep

als:

...

bijzin ingeleid door

hoe

waar

wat

welk

wie

of

verbum auxiliare of groepsvormend verbum

Welk hulpwerkwoord of groepsvormend werkwoord wordt vaak gebruikt bij onderzoeken?

beloven

blijven

gaan

kunnen

laten

moeten

proberen

vragen

willen

zijn

(1 meer)

en/of

Welk ander zelfstandig woord wordt vaak gecoördineerd met onderzoeken?

behandelen

beoordelen

beschrijven

bespreken

vaststellen

Er zijn (nog) geen patronen opgetekend.

Voor meer informatie over dit woord: klik op Voorbeeldzinnen of Combinatiemogelijkheden.