innemen

werkwoordprs = in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.

Helaas heeft niemand haar plaats ingenomen als hoofdpersonage.

Deze medicijnen moet u dagelijks innemen.

Op het vliegveld werd zijn paspoort ingenomen.

Dus als hij een standpunt inneemt, dan moeten we dat respecteren.

En dan nemen apps ook nog opslagruimte in op je tablet of telefoon.

De mobiele telefoons worden ingenomen.

Deze tabletten moeten viermaal daags worden ingenomen.

De stellingen zijn ingenomen, de strijd kan beginnen.

Hij gaat je plek innemen, zegt ze lachend tegen haar man.

Zelfs de ruimte die ze fysiek innam was tot een minimum teruggebracht.

Met zijn charme nam hij de hele crew voor zich in.

Bij sommige mensen verslechteren zelfs de schizofrene symptomen als ze die drugs innemen.

Wie een ander standpunt inneemt dan verwacht, scoort geheid.

De afgelopen jaren heeft het internet een belangrijke positie ingenomen.

Na afloop van een pauze kunt u alsnog uw plaatsen innemen.

Een theaterstoel is zo gemaakt dat hij zo min mogelijk ruimte inneemt.

Ook voor volwassenen kan het heel vervelend zijn om een uitzonderingspositie in te nemen.

Zijn sociaal bewuste teksten nemen een belangrijke plek in.

Beleggers namen gisteren weer posities in na een aantal zwakkere dagen.

Ze heeft medicijnen ingenomen die de hoofdpijnaanval hebben verijdeld.

Nog deze maand nemen graafmachines het terrein in.

Medische, psychologische en psychiatrische vakken nemen hier een centrale plaats in.

Hij neemt in mijn hart een speciaal plekje in en ik in het zijne.

Mijn familie en mijn vrienden nemen nu meer plaats in mijn hoofd in dan vroeger.

De atomen nemen hierbij nieuwe posities in maar verplaatsen zich over minder dan één atoomafstand.

subject

Wie of wat (...)?

substantief

auto

groep

kabinet

kind

kunst

land

leger

man

mens

militair

(13 meer)

object

Wie of wat (...) men of wordt (...)?

substantief

deel

dosis

drug

geneesmiddel

gif

gif

houding

medicatie

medicijn

middel

(14 meer)

pronomen

deze

die

het

iets

ze

bepaling

Waar, wanneer, hoe, enz. (...) men?

adverbium

correct

dagelijks

direct

duidelijk

gemakkelijk

gewoon

oraal

regelmatig

snel

tijdelijk

(2 meer)

prepositiegroep

met:

water

predicatieve aanvulling

adjectief of adverbium

samen

pronomen

zelf

prepositiegroep of conjunctiegroep

als:

...

verbum auxiliare of groepsvormend verbum

Welk hulpwerkwoord of groepsvormend werkwoord wordt vaak gebruikt bij innemen?

blijven

doen

gaan

kunnen

laten

moeten

mogen

willen

zien

zullen

in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.

iemand tegen zich innemen

iemand voor zich innemen

Er zijn (nog) geen patronen opgetekend.

Voor meer informatie over dit woord: klik op Voorbeeldzinnen of Combinatiemogelijkheden.