fluiten

werkwoordprs = in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.

De kanarie fluit vrolijk als u binnenkomt.

De kans is groot dat ze naar hun geld kunnen fluiten.

De voorzitter floot tussen zijn tanden.

Als ik krachtig op mijn vingers fluit, keert hij terug.

Tijd dat de scheidsrechter de rust floot.

Ik ga fluitend naar mijn werk.

Het Arnhemse publiek floot en joelde.

De wind floot, de koude beet door haar dunne uniformhemdje heen.

Dan lag je op de grond terwijl de kogels om je oren floten.

Hij fluit naar haar, zij wenkt hem dichterbij.

Ze horen roodborst en merel mooie melodieën fluiten.

De Franse ref vond het echter te vroeg om een penalty te fluiten.

Buitenlandse schuldeisers konden naar hun geld fluiten.

In Rotterdam hoort hij op weg naar school de vogeltjes fluiten.

Een debat winnen is net zo concreet als fluiten op je vingers.

Dan kun je in de meeste gevallen fluiten naar een baan of stage.

Er wordt dan gefloten voor "shoot" en je krijgt een vrije slag tegen.

Maar goed, dat muziekje dus en aangezien dit geen film is, fluit ik het muziekje maar.

Hij fluit tussen zijn tanden en zet de zonnebril recht op z'n neus.

Tot je in het stadion zit en de scheidsrechter de match op gang fluit.

Hij fluit het deuntje van de vogel: fuu-fuu-fuu-wíep.

Yan kan echter fluiten naar de ruim 240.000 euro die hij heeft geïnvesteerd.

Van mijn moeder mocht ik per se niet naar meisjes fluiten; dat was ordinair.

De zon schijnt, de vogels fluiten, ik kan de hele wereld aan!

Voetbal is geen volleybal: ik fluit voor opzettelijk hands.

subject

Wie of wat (...)?

substantief

arbiter

kogel

publiek

ref

scheidsrechter

vogel

wind

object

Wie of wat (...) men of wordt (...)?

substantief

deuntje

duel

finale

fout

liedje

match

melodie

partij

penalty

strafschop

(2 meer)

bepaling

Waar, wanneer, hoe, enz. (...) men?

adverbium

goed

hard

vrolijk

prepositiegroep

in:

nadeel

voordeel

naar:

centen

geld

meisje

om:

[de, je] oren

op:

vingers

voor:

fout

overtreding

rust

strafschop

verbum auxiliare of groepsvormend verbum

Welk hulpwerkwoord of groepsvormend werkwoord wordt vaak gebruikt bij fluiten?

beginnen

gaan

horen

kunnen

laten

moeten

mogen

willen

en/of

Welk ander zelfstandig woord wordt vaak gecoördineerd met fluiten?

vlaggen

bijzin ingeleid door

dat

Er zijn (nog) geen patronen opgetekend.

Voor meer informatie over dit woord: klik op Voorbeeldzinnen of Combinatiemogelijkheden.