directeur

substantiefprs = in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.

Mijn vader was directeur van een bank.

Van 1987 tot 2008 was hij algemeen directeur van het bedrijf.

De algemeen directeur heeft de dagelijkse leiding in de hogeschool.

Binnenkort treedt de vierde directeur in vier jaar tijd aan.

Sinds het aantreden van een nieuwe directeur is er verbetering merkbaar.

Onlangs maakten drie directeuren vlak achter elkaar hun vertrek bekend.

Er moet iets veranderen, erkent de directeur.

En dus kwam er een nieuwe algemeen directeur.

Even later stapt de directeur, onder druk van de sponsor, zelf op.

Volgens' t Hart verdient de huidige directeur tweeënhalf keer zo veel als zij.

Ik werkte bij een bedrijf waarvan de directeur vertrok.

De opleiding moet de lat hoger leggen, vindt de directeur.

Er werd al een directeur aangesteld en twee leerkrachten gevonden.

Eerstdaags wordt er nog een technisch directeur benoemd.

De hogeschool UC Leuven-Limburg (UCLL) heeft een nieuwe directeur.

De technisch directeur is voor de rest van dit seizoen op non-actief gesteld omdat zijn aankopen niet renderen.

Bij Belgacom wordt de mannelijke financieel directeur opgevolgd door een vrouw.

Binnen hoorde hij dat ze nog steeds een directeur zochten.

Hij is coördinerend directeur van scholengroep Zuid.

Wie de nieuwe financieel directeur wordt, is niet bekend.

Is hij een goed directeur, dan is hij een voorbeeld.

De medisch directeur staat in voor de triage van de patiënten.

Ze is voormalig directeur van de Nederlandse afdeling van de milieuorganisatie Greenpeace.

Want wie is er nu de waarnemend directeur?

Onder leiding van directeur Teulings heeft het CPB zich ontwikkeld tot een kritische raadgever van het kabinet.

Betekenissen

subject bij

Welke werkwoorden hebben directeur als subject?

aankondigen

aantreden

beamen

bekendmaken

besluiten

bevestigen

constateren

de fakkel overnemen

erkennen

komen

(20 meer)

object bij

Welke werkwoorden hebben directeur als object?

aanstellen

benoemen

hebben

kennen

krijgen

ontslaan

op non-actief stellen

op non-actief zetten

opvolgen

schorsen

(4 meer)

determinator

substantief

aantal

pronomen of numerale

alle

beide

elke

enkele

geen

meer

sommige

veel

verschillende

bepaling voor "directeur"

adjectief, participium of numerale

aangesteld

aangetreden

administratief

algemeen

artistiek

benoemd

beoogd

commercieel

coördinerend

creatief

(36 meer)

bepaling na "directeur"

substantief

[ADJ] zaken

bedrijfsvoering

betaald voetbal

communicatie

marketing

onderzoek

personeelszaken

voetbalzaken

prepositiegroep of conjunctiegroep

bij:

DNB

KNVB

bedrijf

op:

ministerie

school

van:

KNVB

afdeling

bank

bedrijf

bureau

denktank

gevangenis

instelling

instituut

museum

(5 meer)

"directeur" in adpositiegroep of conjunctiegroep

prepositie of conjunctie

als

onder

"directeur" in adpositiegroep of conjunctiegroep bij een ander woord

aan de slag als directeur

de functie van directeur

een baan als directeur

een benoeming tot directeur

een functie als directeur

onder leiding van directeur N.

en/of

Welk ander zelfstandig woord wordt vaak gecoördineerd met directeur?

commissaris

eigenaar

manager

mede-eigenaar

oprichter

voorzitter

Er zijn (nog) geen patronen opgetekend.

Voor meer informatie over dit woord: klik op Voorbeeldzinnen of Combinatiemogelijkheden.