bewijs

substantiefprs = in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.

Degenen tegen wie er bewijzen bestaan, zullen vervolgd worden.

De verdediging zegt dat er geen bewijs is.

En waar blijven de harde bewijzen?

Zo ja, hebt u daar bewijzen voor?

Hij zou veel beweren zonder bewijzen te leveren.

Als argument geldt dat het wetenschappelijk bewijs ontbreekt.

Tot op heden bleef bewijs voor die bewering uit.

Maar de rechters achtten het bewijs ontoereikend.

De schriftjes zouden het bewijs bevatten dat Lee wederrechtelijk gehandeld heeft.

De huurder doet er goed aan van iedere betaling het bewijs te bewaren.

Er is geen statistisch bewijs gebruikt voor haar veroordeling.

Zo'n keiharde aanklacht vereist volgens ons keihard bewijs.

Iedereen die binnen wil, moet een afgestempeld bewijs tonen.

Ook de wetenschap heeft tijd nodig om het bewijs hard te maken en om de conclusies te laten doorsijpelen.

Het beste bewijs dat we mensen zijn van vlees en bloed.

Concreet bewijs, zoals een foto, kon niet worden geleverd.

Statistisch bewijs voor de stelling is er dus (nog) niet.

Ik heb een bewijs van ontvangst gemaakt.

Volgens het OM heeft dat voldoende bewijzen opgeleverd voor matchfixing.

Er is nog geen onomstotelijk bewijs voor geleverd.

De spreker presenteert een wiskundig bewijs.

Voor het gerecht is het niet gemakkelijk om bewijzen te verzamelen.

Er is overweldigend bewijs dat meer mensen verkouden worden als de winter invalt.

De politie kreeg het bewijs echter niet rond.

De rechtbank sprak hen in 2010 vrij, omdat het bewijs onrechtmatig verkregen zou zijn.

Betekenissen

subject bij

Welke werkwoorden hebben bewijs als subject?

bestaan

blijven

dienen te

gaan

komen

liggen

ontbreken

opduiken

staan

uitblijven

(4 meer)

object bij

Welke werkwoorden hebben bewijs als object?

aandragen

aan het licht brengen

aanleveren

aanvoeren

afleveren

bevatten

bewaren

bezitten

boven tafel krijgen

brengen

(39 meer)

determinator

substantief

geen greintje

geen snipper

hoeveelheid

soort

pronomen of numerale

(een) dergelijk

alle

elk

enig

geen

geen enkel

ieder

meer

minder

veel

(1 meer)

bepaling voor "bewijs"

adjectief, participium of numerale

aanvullend

afdoend

ander

anekdotisch

archeologisch

belangrijk

beperkt

beschikbaar

betrouwbaar

concreet

(62 meer)

bepaling na "bewijs"

adverbium

daarvan

daarvoor

ervoor

hiervan

hiervoor

prepositiegroep of conjunctiegroep

in:

dossier

rechtszaak

strafzaak

zaak

over:

betrokkenheid

dopinggebruik

rol

tegen:

cliënt

dader

groep

man

opdrachtgever

uit:

beeldvorming

verleden

van:

Nederlanderschap

afwezigheid

bestaan

betaling

betrokkenheid

effectiviteit

feit

fraude

gelijk

goed gedrag

(11 meer)
voor:

aanklacht

aantijging

aanwezigheid

beschuldiging

bestaan

betrokkenheid

bewering

claim

corruptie

effect

(17 meer)

"bewijs" in adpositiegroep of conjunctiegroep

prepositie of conjunctie

met

ondanks

op basis van

tot

zonder

"bewijs" in adpositiegroep of conjunctiegroep bij een ander woord

afwezigheid van bewijs

als bewijs {dienen, gebruiken, gelden, zien}

beschikken over {bewijs, bewijzen}

een gebrek aan bewijs

komen met {bewijs, bewijzen}

op zoek (gaan) naar {bewijs, bewijzen}

staven met bewijzen

{een, geen} begin van bewijs

{een, geen} spoor van bewijs

{wegens, bij} gebrek aan {bewijs, bewijzen}

in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.

anekdotisch bewijs

bewijs uit het ongerijmde

Er zijn (nog) geen patronen opgetekend.

Voor meer informatie over dit woord: klik op Voorbeeldzinnen of Combinatiemogelijkheden.