bevinden

werkwoordprs = in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.
(vaak in het passief)

Hij is wel schuldig bevonden aan doodslag.

Dat jaar werden drie hockeyers positief bevonden.

Kuipers, bij de vorige selectie al geschikt bevonden, wordt eindelijk benoemd tot astronaut.

Een groep van 22 mensen is „ niet geschikt" bevonden.

Meer dan 500 keer gecontroleerd, nooit positief bevonden.

Hij werd in 1948 schuldig bevonden van oorlogsmisdaden en opgehangen.

Volgens de bekendmaking waren ze schuldig bevonden aan terroristische activiteit.

In eerste aanleg en in beroep werden ze schuldig bevonden.

Hij wordt derhalve schuldig bevonden zolang hij zijn onschuld niet kan aantonen.

Ze zijn schuldig bevonden aan het nemen van spierversterkende middelen in 2012.

Vier van de zes kopstukken werden schuldig bevonden aan georganiseerde oplichting.

Wie schuldig wordt bevonden, raakt zijn baan, salaris en pensioen kwijt.

Hij werd schuldig bevonden aan twee incidenten van racistisch geweld, in 2009.

Wordt hij ontoerekeningsvatbaar bevonden, dan wordt hij geïnterneerd.

Voor het overige is de jongen wel geschikt bevonden voor militaire dienst.

Eisen die allemaal meer dan redelijk werden bevonden.

Is het altijd een 'blessing' om mooi bevonden te worden?

Het eenheidsstatuut voor arbeiders en bedienden is door experts te licht bevonden.

Vanaf een waarde van 12 microgram coffeïne per milliliter in de urine, wordt iemand positief bevonden.

Er zijn sinds de ramp 34 gebouwen die te onveilig werden bevonden, gesloten.

De schade is intussen hersteld en de stabiliteit van de structuur werd goed bevonden.

In dit overzicht is aangegeven dat deze varianten zijn gewogen en te licht bevonden.

De bruine hengst werd in zijn jonge jaren ruin, nadat hij niet geschikt werd bevonden voor de fokkerij.

Twaalf opnamen werden goed genoeg bevonden, ook al klinkt het samenspel niet overal even strak.

De zoon, die een IQ heeft van 63, werd ontoerekeningsvatbaar bevonden en geïnterneerd.

subject

Wie of wat (...)?

substantief

rechtbank

rechter

object

Wie of wat (...) men of wordt (...)?

substantief

man

mens

vrouw

predicatieve aanvulling

adjectief of adverbium

aantrekkelijk

duur

geschikt

gevaarlijk

goed

hoog

laag

licht

normaal

ongeschikt

(5 meer)

Er zijn (nog) geen patronen opgetekend.

Voor meer informatie over dit woord: klik op Voorbeeldzinnen of Combinatiemogelijkheden.