bespreken

werkwoordprs = in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.
(vaak in het passief)

Gisteren besprak de Eerste Kamer de begroting.

Morgen worden de laatste details besproken.

De foto' s worden door de aanwezigen uitvoerig besproken en beoordeeld.

De plannen worden vandaag besproken in de Tweede Kamer.

Hun nota werd gisteren in de ministerraad besproken, maar lekte woensdagavond uit.

In het tweede deel van de uitzending wordt de test besproken.

Tijdens de lunch wordt uiteraard het diner besproken.

Ik zeg toe een lijst te sturen van te bespreken onderwerpen.

Het bod moet nog worden besproken en toegewezen.

Het plan zal besproken worden op het schepencollege.

De plannen werden wel op voorhand besproken met de bewoners.

De kwestie is onder meer besproken in de raad van commissarissen.

Haar dood werd nog jaren besproken, er verschenen boeken over en er kwam zelfs een tv-film.

Deze zaken kunnen het best in de voorlopige huurovereenkomst worden besproken.

Hun rol in de moordzaak zal achter gesloten deuren worden besproken.

Vanavond bespreekt de Tweede Kamer de begroting van het ministerie van Defensie.

De overlast van illegale krakers werd besproken op de gemeenteraad.

Seks moet veel vaker besproken worden in de jeugdzorg.

Later wordt besproken hoe het stemmingsproces precies moet verlopen.

Het werk wordt uitgebreid besproken en theoretisch onderbouwd.

In deze rubriek wordt wekelijks een relatieprobleem besproken.

Er wordt een conceptverslag gemaakt dat eerst met de onderzochte besproken wordt.

Ook wordt het thema armoede verder besproken.

Deze studies worden in dit document besproken.

Hun lot werd besproken, betreurd en becommentarieerd.

subject

Wie of wat (...)?

substantief

Kamer

artikel

commissie

gemeenteraad

gynaecoloog

kabinet

lid

minister

parlement

raad

(3 meer)

object

Wie of wat (...) men of wordt (...)?

substantief

actualiteit

begroting

boek

dag

details

ding

foto

kwestie

maatregel

mogelijkheid

(12 meer)

pronomen

alles

een en ander

iets

veel

wat

bepaling

Waar, wanneer, hoe, enz. (...) men?

adverbium

altijd

apart

druk

enthousiast

fel

goed

grondig

intern

kort

kritisch

(14 meer)

prepositiegroep

met:

ander

arts

cliënt

kind

medewerker

mens

minister

ouder

premier

president

(4 meer)
in:

boek

commissie

gemeenteraad

hoofdstuk

kamer

klas

krant

media

ministerraad

overleg

(5 meer)
op:

gemeenteraad

raad

top

vergadering

tijdens:

overleg

vergadering

bijzin ingeleid door

hoe

of

waar

welk

wie

verbum auxiliare of groepsvormend verbum

Welk hulpwerkwoord of groepsvormend werkwoord wordt vaak gebruikt bij bespreken?

durven

kunnen

moeten

vallen

willen

worden

zijn

zullen

en/of

Welk ander zelfstandig woord wordt vaak gecoördineerd met bespreken?

analyseren

goedkeuren

toelichten

Er zijn (nog) geen patronen opgetekend.

Voor meer informatie over dit woord: klik op Voorbeeldzinnen of Combinatiemogelijkheden.