afronden

werkwoordprs = in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.
(vaak in het passief)

Rond af op 1 decimaal.

Dames en heren, ik ga afronden.

We hebben de hoeken van onze tafels afgerond.

Vorige maand rondde ze haar opleiding af.

Het bedrag is naar beneden afgerond.

In 2015 moet de bouw van de bibliotheek zijn afgerond.

De eerste fase van het project wordt eind 2003 afgerond.

Is het onderzoek afgerond, dan vindt er een zitting plaats.

De integratie van de activiteiten zou eind 2000 moeten afgerond zijn.

De overname moet nog dit jaar afgerond worden.

De tijd was te kort om de discussie af te ronden.

Justitie denkt dit onderzoek binnen een jaar af te ronden.

Over een maand hoopt ze haar opleiding af te ronden.

Twee jaar geleden rondde hij zijn studie geschiedenis af.

Nooit rondde ik sneller een transfer af.

De opnamen worden met succes afgerond.

Die hervormingen moeten binnen het jaar afgerond zijn.

Op die datum moet de verbouwing afgerond zijn.

Hij rondt dit jaar zijn lagere school af.

Alle voorbereidingen waren daarmee afgerond.

Dat is pas volledig als het onderzoek is afgerond.

Indien noodzakelijk wordt naar boven afgerond.

Die procedure wordt deze maand afgerond.

Ook de gesprekken met de parkeerbedrijven zijn afgerond.

Naar verwachting worden deze zomer de onderhandelingen afgerond.

subject

Wie of wat (...)?

substantief

bedrijf

commissie

cursist

handelaar

parket

partij

politie

regering

student

object

Wie of wat (...) men of wordt (...)?

substantief

deal

discussie

dossier

fase

fusie

gesprek

onderhandeling

onderzoek

operatie

opleiding

(11 meer)

pronomen

alles

dat

die

dit

iets

bepaling

Waar, wanneer, hoe, enz. (...) men?

adverbium

definitief

eindelijk

formeel

geheel

goed

keurig

mooi

netjes

officieel

snel

(3 meer)

prepositiegroep

naar:

beneden

boven

met:

...

naar:

...

op:

...

verbum auxiliare of groepsvormend verbum

Welk hulpwerkwoord of groepsvormend werkwoord wordt vaak gebruikt bij afronden?

gaan

kunnen

laten

moeten

mogen

willen

zullen

  • subject
  • object
  • verbum finitum
  • scheidbaar deel
  • n.n.
  • 1
    iemand of iets rondt iets af
    • bedrijf
      • De winstsprong komt vooral doordat het bedrijf een reorganisatie versneld heeft afgerond .
    • commissie
      • Wanneer de commissie haar onderzoek heeft afgerond , doet zij een uitspraak of de klacht wel of niet gegrond is.
    • cursist
      • Vorig jaar hebben amper 600 cursisten een traject afgerond .
    • groep
      • De groep rondde onlangs een investeringsprogramma van 187 miljoen euro af.
    • minister
      • Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur Schauvliege (CD&V) rondde de aankoop van de resterende 63 hectare af door het Gewest. (rds)
    • parket
      • Het Kortrijkse parket rondt het nieuwe onderzoek binnenkort af.
    • partij
      • Deze donderdag ronden de formerende partijen de eerste fase af.
    • politie
      • Rond middernacht rondde de politie de doorzoeking van het gebouw af.
    • regering
      • Ook de Waalse regering rondde gisteren haar budgetbesprekingen af met goed nieuws.
    • student
      • Elk jaar ronden ongeveer 2.800 studenten de 6-jarige studie geneeskunde af.
      • aankoop
        • De aankoop daarvan is nog steeds niet afgerond .
      • aanval
        • Na de pauze rondde hij met zijn tiende van het seizoen een prachtige aanval af.
      • behandeling
        • De kinesist rondt met massage of fysiotherapie de behandeling af.
      • bespreking
        • Metsu hoopt de bespreking dinsdag af te ronden .
      • bouw
        • De bouw zal afgerond zijn in maart volgend jaar.
      • deal
        • Alles leek in orde om de deal af te ronden .
      • discussie
        • De tijd was te kort om de discussie af te ronden .
      • dossier
        • Het dossier werd in de Britse hoofdstad afgerond .
      • fase
        • Die fase moet in september 2019 afgerond zijn.
      • fusie
        • De brouwers verwachten de fusie nu in oktober af te ronden .
      • gesprek
        • Welk tijdsperspectief ziet u om de gesprekken af te ronden ?
      • hervorming
        • Die hervormingen moeten binnen het jaar afgerond zijn.
      • komst
        • De landskampioen rondde vrijdag de komst van Angeliño af.
      • onderhandeling
        • De onderhandelingen moeten eind maart 2019 afgerond zijn.
      • onderzoek
        • Het is onduidelijk wanneer het onderzoek afgerond zal zijn.
      • operatie
        • Eind april moet de gigantische operatie afgerond zijn.
      • opleiding
        • Hij rondt zijn opleiding af in juni van dat jaar.
      • opname
        • De opnames van Beau Séjour zijn bijna twee jaar geleden afgerond .
      • overgang
        • Liverpool heeft de overgang van doelman Simon Mignolet afgerond .
      • overleg
        • Bogaert hoopt het overleg nog deze zomer te kunnen afronden .
      • overname
        • Naar verwachting is de overname binnen dertig dagen afgerond .
      • procedure
        • De gemeente hoopt dat de procedure binnen een jaar is afgerond .
      • proces
        • Dat proces moet tegen eind dit jaar afgerond zijn.
      • programma
        • Quirine Muller (17) heeft het programma net afgerond .
      • project
        • Het hele project moet al in maart 2013 afgerond zijn.
      • renovatie
        • Het Van Gogh Museum heeft zijn renovatie afgerond .
      • reorganisatie
        • De reorganisatie moet in 2018 afgerond zijn.
      • restauratie
        • De restauratie moet zomer 2014 zijn afgerond .
      • school
        • Hij rondt dit jaar zijn lagere school af.
      • studie
        • De eerste helft van 2017 zou de studie afgerond zijn.
      • test
        • Voor 2019 moeten al die testen zijn afgerond .
      • traject
        • Vorig jaar hebben amper 600 cursisten een traject afgerond .
      • transactie
        • Het Amerikaanse bedrijf verwacht alle transacties in 2015 af te ronden .
      • transfer
        • Als hij slaagt, ronden we de transfer af.
      • verbouwing
        • Op die datum moet de verbouwing afgerond zijn.
      • verhaal
        • Het verhaal was toen nog niet afgerond .
      • verkoop
        • Die verkoop wordt in de loop van februari afgerond .
      • voorbereiding
        • De voorbereidingen voor de beursgang zijn afgerond .
      • werk
        • De komende weken worden de laatste werken afgerond .
      • werkzaamheid
        • De voorbije weken werden de werkzaamheden aan het station afgerond .
      • zaak
        • In dat geval kan de zaak snel worden afgerond .
        iemand beëindigt iets of maakt iets af
        vaak in het passief
      • 2
        iemand rondt iets af
            • hoek
              • We hebben de hoeken van onze tafels afgerond .
              iemand maakt iets scherps wat ronder
            • 3
              iemand rondt iets af
                  • bedrag
                    • Op hoeveel decimalen worden omgerekende bedragen afgerond ?
                  • prijs
                    • Caféhouders hebben de prijzen bij het omzetten flink naar boven afgerond .
                    iemand past een getal of bedrag zo aan dat een geheel aantal eenheden ontstaat