aanleg

substantiefprs = in uitdrukkingen, spreekwoorden, e.d.

De aanleg van windparken op zee wordt razendsnel goedkoper.

De aandoening is niet besmettelijk, wel bestaat er een erfelijke aanleg.

U hebt enige aanleg voor talen.

Mannen geven de erfelijke aanleg nooit door aan hun kinderen.

Die waarden hebben de grootschalige aanleg van fietspaden mogelijk gemaakt.

Toltarieven moeten zijn gebaseerd op kosten van aanleg en onderhoud van wegen.

De meeste mensen hebben ook geen erfelijke aanleg voor hartziekte.

De rechtbank van eerste aanleg stelde twee experten aan om de zaak te onderzoeken.

Al ras werd duidelijk dat erfelijke aanleg een grote rol speelde.

De opbouw na de aanleg duurt langer waardoor de eerste oogst later valt.

De rechtbank van eerste aanleg heeft zijn eis afgewezen, omdat hij te laat kwam.

Allergie heeft alles te maken met genetische aanleg.

Ik vind de aanleg van een fietspad aan één kant van de weg beter.

De aanleg voor migraine blijft bestaan.

Mogelijk speelt daarbij genetische aanleg een rol.

De geplande werkzaamheden omvatten de aanleg van nieuwe rioleringen, een nieuw wegdek en veilige fietspaden.

Sommige kinderen hebben meer aanleg voor stotteren dan anderen.

In eerste aanleg werd hij veroordeeld tot zeven jaar cel.

Slechts enkele maanden na de aanleg bleek de rotonde te klein voor vrachtwagens.

De aanleg voor allergie is erfelijk en kan dus ook bij andere familieleden voorkomen.

Bij de aanleg is gebruik gemaakt van natuurlijke materialen.

De aanleg van de rotonde gebeurt in drie fasen.

Dankzij de aanleg van rioleringen verdwenen ziektes zoals cholera.

De rechter in eerste aanleg vond dat er onvoldoende bewijzen waren.

De aanleg vergde een investering van 270 miljoen euro.

Betekenissen

subject bij

Welke werkwoorden hebben aanleg als subject?

beginnen

bestaan

een rol spelen

gebeuren

hebben

kosten

leiden tot

starten

ten koste gaan van

tot uiting komen

(3 meer)

object bij

Welke werkwoorden hebben aanleg als object?

betreffen

financieren

hebben

mogelijk maken

omvatten

plannen

stilleggen

stimuleren

tonen

verzorgen

determinator

pronomen of numerale

enige

geen

meer

minder

veel

weinig

bepaling voor "aanleg"

adjectief, participium of numerale

bijzonder

eerste

eerste

erfelijk

eventueel

genetisch

gepland

mogelijk

natuurlijk

tweede

(1 meer)

bepaling na "aanleg"

prepositiegroep of conjunctiegroep

tot

van:

bos

fietspad

infrastructuur

park

riolering

rotonde

spoor

weg

voor:

aandoening

allergie

gedrag

intelligentie

taal

ziekte

"aanleg" in adpositiegroep of conjunctiegroep

prepositie of conjunctie

bij

dankzij

door

in

na

sinds

tijdens

vanwege

via

zonder

"aanleg" in adpositiegroep of conjunctiegroep bij een ander woord

de kosten voor de aanleg

de kostprijs voor de aanleg

de plannen voor de aanleg

de rechtbank van eerste aanleg

de voorbereidingen voor de aanleg

de werkzaamheden voor de aanleg

plan van aanleg

verschillen in aanleg

Er zijn (nog) geen patronen opgetekend.

Voor meer informatie over dit woord: klik op Voorbeeldzinnen of Combinatiemogelijkheden.